‘BEST PRACTICE’ vs. NATUURRECHT



In het recht werken we niet met het economische begrip “best practice”. We werken al meer dan 2000 jaar met redelijkheid en billijkheid (of ‘goede trouw’). Redelijkheid is wat voor het verstand “aannemelijk” is. Billijkheid is wat voor het gevoel “aannemelijk” is.

Traditie is geen garantie
We werken al een kleine 1000 jaar met “Goddelijk recht” met als onderdeel daarvan “Natuurrecht”. Deze traditie is geen garantie (en zeker geen ‘bewijs’) dat er zoiets is als een universeel ingeboren rechtsbesef, maar het is aannemelijk te vermoeden dat het feit dat we allemaal mens zijn resulteert in zekere basisregels die door de overgrote meerderheid van mensan als rechtvaardig worden ervaren (zie ook hiernaast). N atuurrecht is wat voor een mens als “recht” aannemelijk is. Dat recht wordt met name in het internationale verdragenrecht gevonden, waar de mensheid zich heeft uitgelaten over wat onder de leden van beschaafde volkeren jegens elkander “recht” zal mogen heten.

Best practice
Zo men wil, is dat vergelijkbaar met de het begrip “best practice” dat in de accountancy wordt gehanteerd Die internationale juridische “best practice” heeft basisbegrippen ontwikkeld: “waardigheid en vrije wil” van de mens, en “gelijkheid en solidariteit” van mensen jegens elkaar. Volgens Plato heeft iedere mens een innaat besef van wat “waar, goed en schoon” is. Zo ook heeft ieder mens een innaat besef van wat “recht” is.

Toetsing van grondrechten
Onze rechters mogen aan grondrechten toetsen, als die grondrechten ontleend zijn aan internationale verdragen met rechtstreekse werking. Deze grondrechten worden vaak beschouwd als het natuurrecht uitgedrukt in concrete rechten. De vraag is: ‘Wie moet ons respect voor dit natuurrecht bijbrengen, de staat of de kerk?’ H et is niet “de Staat” die ons waarden en normen moet bijbrengen; dat moeten “de Priesters” doen. Voor de verhouding tussen Kerk en Staat, de taak van de politiek en de taak van de kerk, en de complementariteit van liefdadigheid en rechtvaardigheid, kan worden verwezen naar de paragrafen 25 tot en met 31 van de recente encycliek “Deus Caritas Est” van Paus Benedictus XVI (2005) (te vinden op: www.arcocarib.com in het Caribbean Knowledge Center). Subsidiariteit (hier gebruikt in de zin van het overlaten aan de Kerk wat de Kerk beter doet dan de Staat) En in die verhouding Kerk/Staat is de grondslag gelegen van het subsidiariteitsbeginsel van art. 142 van de (huidige) Antilliaanse Staatsregeling, als waarborg tegen een totalitaire staat; een beginsel dat in het concept van de nieuwe Staatsregeling voor Curaçao niet is opgenomen. Dit artikel is een bewerking van e-mail correspondentie van de hand van mr. Berry Scheperboer