Aanpassing Kieswet t.b.v. BES
Download This Document (.pdf)
-
Wijziging van de Kieswet in verband met de nieuwe
staatsrechtelijke positie van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
als openbaar lichaam binnen Nederland
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te
weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat met de
eilandgebieden Bonaire, Sint Eustatius en Saba is
overeengekomen dat zij een staatsrechtelijke positie krijgen
binnen het Nederlands staatsbestel en het in verband hiermee
wenselijk is de bepalingen in de Kieswet betreffende het kiesrecht
voor de leden van de Eerste en Tweede Kamer der Staten-
Generaal en van het Europees Parlement aan te passen en het
kiesrecht voor de leden van de eilandsraad daarin op te nemen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen
overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan,
gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Kieswet wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel B 1, eerste lid en tweede lid, onderdeel b, wordt “de
Nederlandse Antillen of Aruba” vervangen door: Curaçao, Aruba of
Sint Maarten.
B
In artikel B 3, tweede lid, onderdeel b, wordt na “de
Vreemdelingenwet 2000” ingevoegd: dan wel op grond van artikel
3 of artikel 6 van de Wet toelating en uitzetting BES.
C
In de artikelen D 3, vierde lid, M 14, M 15, M 16, eerste lid, N
17, tweede lid, N 18 en N 20, eerste lid, wordt “in de Nederlandse
Antillen of in Aruba” telkens vervangen door: in Curaçao, in Aruba
of in Sint Maarten.
D
De tabel, bedoeld in artikel E 1, eerste lid, wordt als volgt
gewijzigd:
1. Onder “Nummer van de kieskring” wordt onder “19”
ingevoegd: 20.
2. Onder “Gebied waarover de kieskring zich uitstrekt” wordt
achter “20” ingevoegd: De openbare lichamen Bonaire, Sint
Eustatius en Saba.
3. Onder “Gemeente waar het hoofdstembureau is gevestigd”
wordt achter “20” ingevoegd: Bonaire.
E
In artikel E 1, tweede lid, wordt na “de Tweede Kamer”
ingevoegd: voor zover gelegen in het Europese deel van
Nederland.
F
In artikel G 1, derde lid, onderdeel b, G 2, derde lid, onderdeel
b, en G 3, derde lid, onderdeel b, wordt na “de Handelsregisterwet
1996” telkens ingevoegd: dan wel artikel PM van de
Handelsregisterwet BES.
G
In de artikelen H 10, eerste lid, H 10a, eerste lid, I 2, eerste lid,
onderdeel e, I 6, eerste lid, onderdeel c, R 9, eerste lid, R 9a,
eerste lid, S 1, derde lid, onderdeel d, S 4, eerste lid, onderdeel c,
Y 3, onderdeel b, sub 1º, Y 4, onderdeel b, sub 1º, Y 31 en Y 32,
vijfde lid, wordt “Nederland” telkens vervangen door: het Europese
deel van Nederland.
H
In artikel H 10, eerste lid, wordt na de laatste volzin een volzin
toegevoegd, luidende:
Indien de kandidaat woonachtig is in één van de openbare
lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba, is de gemachtigde met
uitsluiting van de kandidaat bevoegd tot de handelingen, bedoeld
in de artikelen V 2, eerste, vierde en vijfde lid, V 3, eerste en
tweede lid, en W 2, eerste lid, onder f.
I
In artikel I 2, eerste lid, onderdeel e, vervalt de zinsnede:, indien
het een verkiezing van de leden van Tweede Kamer betreft,.
J
In artikel M 13, derde lid, wordt “in de Nederlandse Antillen en in
Aruba” vervangen door: in Curaçao, in Aruba en in Sint Maarten.
K
In artikel N 12, derde lid, wordt “of op grond van de artikelen
125 tot en met 129 van het Wetboek van Strafrecht” vervangen
door:, op grond van de artikelen 125 tot en met 129 van het
Wetboek van Strafrecht of op grond van de artikelen PM van het
Wetboek van Strafrecht BES.
L
In artikel Y 33, eerste lid, wordt “een Nederlandse gemeente”
vervangen door: een gemeente in het Europese deel van
Nederland.
M
Na Afdeling V wordt een nieuwe afdeling ingevoegd, luidende:
AFDELING Va
De verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal, van de eilandsraden, van de Eerste Kamer der
Staten-Generaal en van het Europees Parlement in Bonaire,
Sint Eustatius en Saba
HOOFDSTUK Ya
De verkiezing van de leden van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal, van de eilandsraden, van de Eerste Kamer der Staten-
Generaal en van het Europees Parlement in Bonaire, Sint
Eustatius en Saba
§ 1 Algemene bepalingen
Artikel Ya 1
Deze wet is mede van toepassing in Bonaire, Sint Eustatius en
Saba, met inachtneming van het in deze afdeling bepaalde.
Artikel Ya 2
In deze afdeling en de daarop berustende bepalingen wordt
verstaan onder:
a. openbaar lichaam: het openbaar lichaam Bonaire, Sint
Eustatius of Saba;
b. het Gemeenschappelijk Hof: het Gemeenschappelijk Hof van
Justitie van Curaçao, Aruba, Sint Maarten en van Bonaire, Sint
Eustatius en Saba.
Artikel Ya 3
1. Voor de toepassing van de bij of krachtens deze wet gestelde
bepalingen in Bonaire, Sint Eustatius en Saba wordt, voor zover
deze afdeling niet anders bepaalt, telkens in die bepalingen
gelezen in plaats van:
a. ‘de gemeente’: het openbaar lichaam;
b. ‘de burgemeester’: de gezaghebber;
c. ‘burgemeester en wethouders’: het bestuurscollege;
d. ‘de gemeenteraad’: de eilandsraad;
e. ‘de secretarie van de gemeente’: het bestuurskantoor.
2. Indien uitsluitend de gemeente, de burgemeester of
burgemeester en wethouders van ’s-Gravenhage wordt bedoeld,
geldt het eerste lid, onder a tot en met c, niet.
§ 2 De verkiezing van de leden van de Tweede Kamer
Artikel Ya 4
1. Op de dag van de kandidaatstelling kunnen tevens bij de
gezaghebbers van Sint Eustatius en Saba op het bestuurskantoor,
van negen tot vijftien uur, kandidatenlijsten worden ingeleverd voor
kieskring 20 (Bonaire). In de in artikel H 1 bedoelde openbare
kennisgeving wordt door de gezaghebbers van Sint Eustatius en
Saba tevens melding gemaakt van deze mogelijkheid.
2. Voor de toepassing van artikel H 3, eerste en vierde lid,
treden de gezaghebbers van Sint Eustatius en Saba in dat geval in
de plaats van de voorzitter van het hoofdstembureau.
3. De gezaghebbers van Sint Eustatius en Saba beoordelen
van elke kandidatenlijst die bij hen wordt ingeleverd en de op
grond van de artikelen H 3, H 4, H 9 en H 12 bij de
kandidatenlijsten overgelegde stukken, de originaliteit en leggen
hun bevindingen vast in een begeleidingsverklaring. Bij
ministeriële regeling wordt voor de begeleidingsverklaring een
model vastgesteld.
4. De gezaghebbers van Sint Eustatius en Saba dragen er zorg
voor dat de kandidatenlijsten, de bij de kandidatenlijsten
overgelegde stukken en de begeleidingsverklaringen langs
elektronische weg uiterlijk op de dag van de kandidaatstelling om
vijftien uur dertig ter kennis worden gebracht van het
hoofdstembureau. De gezaghebbers maken van deze stukken
gewaarmerkte afschriften en bewaren deze totdat de beslissing
van het hoofdstembureau, bedoeld in artikel I 4, onherroepelijk is
geworden.
5. Voorts dragen zij er zorg voor dat de kandidatenlijsten met de
daarbij overgelegde stukken in een pak worden gedaan, dat wordt
verzegeld. Het verzegelde pak wordt zo spoedig mogelijk per post
naar het hoofdstembureau overgebracht.
Artikel Ya 5
Verklaringen van ondersteuning van een lijst die wordt
ingeleverd in Sint Eustatius of Saba, die worden afgelegd in
Bonaire, kunnen tevens door een persoon die ingevolge artikel H 5
op de lijst is vermeld en die bevoegd is tot het herstel van
verzuimen, op de dag van de kandidaatstelling, van negen tot
vijftien uur, worden ingeleverd bij het hoofdstembureau van
kieskring 20 (Bonaire).
Artikel Ya 6
1. Indien het hoofdstembureau een of meer verzuimen als
bedoeld in artikel I 2 heeft geconstateerd ten aanzien van een lijst
die in Sint Eustatius of Saba is ingeleverd, geeft het, in afwijking
van artikel I 2, eerste lid, onverwijld langs elektronische weg
kennis hiervan aan de gezaghebber van dat openbaar lichaam.
2. De gezaghebber geeft van de verzuimen onverwijld bij
aangetekende brief of tegen gedagtekend ontvangstbewijs kennis
aan degene die de lijst heeft ingeleverd.
3. Onverminderd artikel I 2, tweede, derde en vierde lid, kan
degene die de lijst in Sint Eustatius of Saba heeft ingeleverd het
verzuim of de verzuimen, in de kennisgeving aangeduid, herstellen
op het bestuurskantoor aldaar.
4. De gezaghebbers van Sint Eustatius en Saba beoordelen
van de ter herstel van de geconstateerde verzuimen ingeleverde
stukken, de originaliteit en leggen hun bevindingen vast in een
begeleidingsverklaring. Bij ministeriële regeling wordt voor de
begeleidingsverklaring een model vastgesteld.
5. De gezaghebbers dragen er zorg voor dat de ter herstel van
de verzuimen ingeleverde stukken en de begeleidingsverklaring
terstond langs elektronische weg ter kennis van het
hoofdstembureau worden gebracht. De gezaghebbers maken van
deze stukken gewaarmerkte afschriften en bewaren deze totdat de
beslissing van het hoofdstembureau, bedoeld in artikel I 4,
onherroepelijk is geworden.
6. Voorts dragen zij er zorg voor dat de stukken in een pak
worden gedaan, dat wordt verzegeld. Het verzegelde pak wordt zo
spoedig mogelijk per post naar het hoofdstembureau
overgebracht.
Artikel Ya 7
1. De voorzitter van het hoofdstembureau van kieskring 20
(Bonaire) draagt er zorg voor dat afschriften van de
kandidatenlijsten en, indien vereist, verklaringen van
ondersteuning onmiddellijk na het onderzoek van de lijsten langs
elektronische weg worden verzonden aan de gezaghebbers van
Sint Eustatius en Saba.
2. De op de voet van artikel I 1, derde lid, toegezonden
afschriften van ingeleverde kandidatenlijsten, worden door de
voorzitter van het hoofdstembureau zodra deze zijn ontvangen
eveneens langs elektronische weg verzonden aan de
gezaghebbers van Sint Eustatius en Saba.
3. De gezaghebbers van Sint Eustatius en Saba leggen de
stukken, bedoeld in het eerste en tweede lid, op het
bestuurskantoor voor een ieder ter inzage, zodra deze zijn
ontvangen.
Artikel Ya 8
Artikel I 5, aanhef en onder a, is niet van toepassing indien een
lijst op de dag van de kandidaatstelling tussen negen en vijftien
uur bij de gezaghebbers van Sint Eustatius of Saba op het
bestuurskantoor is ingeleverd.
Artikel Ya 9
1. Op de dag van de kandidaatstelling kan tevens bij de
gezaghebbers van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op het
bestuurskantoor, van negen tot zeventien uur, een
gemeenschappelijke verklaring tot verbinding van kandidatenlijsten
tot een lijstencombinatie worden ingeleverd.
2. De gezaghebber beoordeelt de originaliteit van de
gemeenschappelijke verklaring en legt zijn bevindingen vast in een
begeleidingsverklaring. Bij ministeriële regeling wordt voor de
begeleidingsverklaring een model vastgesteld.
3. De gezaghebber draagt er zorg voor dat de
gemeenschappelijke verklaring en de begeleidingsverklaring langs
elektronische weg uiterlijk op de dag na de kandidaatstelling om
zeventien uur ter kennis worden gebracht van het centraal
stembureau. De gezaghebber maakt van deze stukken
gewaarmerkte afschriften en bewaart deze totdat de beslissing van
het hoofdstembureau, bedoeld in artikel I 4, onherroepelijk is
geworden.
4. Voorts draagt hij er zorg voor dat de gemeenschappelijke
verklaring zo spoedig mogelijk per post naar het centraal
stembureau wordt overgebracht.
Artikel Ya 10
1. In afwijking van artikel L 2, eerste lid, kan in de openbare
lichamen een volmacht uitsluitend worden verleend op een
schriftelijke aanvraag daartoe.
2. De artikelen L 14 tot en met L 16 zijn niet van toepassing.
Artikel Ya 11
1. De gezaghebbers van Sint Eustatius en Saba dragen er zorg
voor dat de in artikel N 12, eerste lid, genoemde processenverbaal
en de opgave van de door hen vastgestelde aantallen
stemmen langs elektronische weg onverwijld na de vaststelling ter
kennis worden gebracht van de voorzitter van het
hoofdstembureau. De gezaghebbers maken van deze stukken
gewaarmerkte afschriften en bewaren deze totdat het centraal
stembureau de uitslag van de verkiezing heeft vastgesteld en over
de toelating van de gekozenen onherroepelijk is beslist.
2. Voorts dragen zij er zorg voor dat de stukken, bedoeld in het
eerste lid, zo spoedig mogelijk per post naar het hoofdstembureau
worden overgebracht.
Artikel Ya 12
1. De voorzitter van het hoofdstembureau van kieskring 20
(Bonaire) draagt er zorg voor dat het proces-verbaal, bedoeld in
artikel O 3, langs elektronische weg terstond nadat de leden het
proces-verbaal hebben getekend, ter kennis wordt gebracht van
het centraal stembureau.
2. De voorzitter van het hoofdstembureau doet tevens het
proces-verbaal, bedoeld in artikel O 3, langs elektronische weg
aan de gezaghebbers van Sint Eustatius en Saba toekomen.
3. De gezaghebbers leggen het afschrift van het proces-verbaal
op het bestuurskantoor voor een ieder ter inzage, zodra deze is
ontvangen.
4. De voorzitter van het hoofdstembureau draagt er ten slotte
zorg voor dat de stukken genoemd in artikel O 4, tweede lid, langs
elektronische weg terstond ter kennis worden gebracht van de
Tweede Kamer en zo spoedig mogelijk tevens per post worden
overgebracht.
§ 3 De verkiezing van de leden van de eilandsraad, het begin van
en de veranderingen in het lidmaatschap van de eilandsraad en de
beëindiging van het lidmaatschap en tijdelijke vervanging als lid
Artikel Ya 13
De bij of krachtens deze wet gestelde bepalingen betreffende
de verkiezing van de leden van de gemeenteraden, betreffende
het begin van en de veranderingen in het lidmaatschap van de
gemeenteraad en betreffende de beëindiging van het
lidmaatschap en tijdelijke vervanging als lid zijn, voor zover deze
afdeling niet anders bepaalt, van overeenkomstige toepassing op
de eilandsraden.
Artikel Ya 14
1. De leden van de eilandsraden worden gekozen door
degenen die op de dag van de kandidaatstelling ingezetenen zijn
van het openbaar lichaam en op de dag van de stemming de
leeftijd van achttien jaar hebben bereikt.
2. Zij die geen Nederlander zijn, dienen om kiesgerechtigd te
zijn op de dag van de kandidaatstelling tevens te voldoen aan de
vereisten dat:
a. zij rechtmatig in Nederland verblijven op grond van artikel 3
of artikel 6 van de Wet toelating en uitzetting BES of op grond van
een overeenkomst tussen een internationale organisatie en de
Staat der Nederlanden inzake de zetel van deze organisatie in
Nederland, en
b. zij onmiddellijk voorafgaand aan de dag van de
kandidaatstelling gedurende een onafgebroken periode van
tenminste vijf jaren ingezetene van Nederland waren en
beschikten over een verblijfsrecht als bedoeld onder a, dan wel
rechtmatig in Nederland verbleven op grond van artikel 8, onder a,
b, c, d, e of l, van de Vreemdelingenwet 2000.
Artikel Ya 15
De politieke groepering die een verzoek tot registratie van de
aanduiding als bedoeld in artikel G 3 indient bij het centraal
stembureau voor de verkiezing van de leden van de eilandsraad
betaalt aan het openbaar lichaam een waarborgsom van $ 175.
Artikel Ya 16
In de artikelen H 10, eerste lid, I 2, eerste lid, onderdeel e, en
I 6, eerste lid, onderdeel c, wordt in plaats van “het Europese deel
van Nederland” telkens gelezen: het openbare lichaam waar hij
zich kandidaat stelt
Artikel Ya 17
Voor elke kandidatenlijst die wordt ingeleverd in een van de
openbare lichamen, wordt aan dat openbaar lichaam een
waarborgsom betaald van $ 350.
Artikel Ya 18
Artikel Ya 10 is van overeenkomstige toepassing.
Artikel Ya 19
De benoemde die woonachtig is in het openbaar lichaam waar
hij zich kandidaat stelt of de gemachtigde van de benoemde die
buiten het openbaar lichaam waar hij zich kandidaat stelt maar
binnen Nederland woonplaats heeft, legt het afschrift van
gegevens uit de basisadministratie persoonsgegevens over,
bedoeld in artikel V 3, tweede lid, waaruit tevens het
Nederlanderschap van de benoemde blijkt.
Artikel Ya 20
1. Onverminderd artikel V 4, eerste lid, gaat de eilandsraad bij
het onderzoek van de geloofsbrief van een tot lid van de
eilandsraad benoemde persoon tevens na of de benoemde
voldoet aan artikel 12 van de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint
Eustatius en Saba.
2. Artikel V 10 is tevens van toepassing indien de eilandsraad
heeft besloten een tot lid van de eilandsraad benoemde persoon
niet toe te laten op de grond dat de benoemde niet voldoet aan
artikel 12 van de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius
en Saba.
Artikel Ya 21
Voor de toepassing van artikel W 2, eerste lid, onderdeel g,
wordt in plaats van “artikel 11 van de Gemeentewet” gelezen:
artikel 13 van de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius
en Saba.
Artikel Ya 22
Voor de toepassing van artikel X 8, eerste en derde lid, wordt in
plaats van “artikel 15, eerste lid, van de Gemeentewet” gelezen:
artikel 17, eerste lid, van de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint
Eustatius en Saba.
§ 4 De verkiezing van de leden van de Eerste Kamer der Staten-
Generaal
Artikel Ya 23
1. De leden van de Eerste Kamer worden in de openbare
lichamen gekozen door de leden van de eilandsraden. Bonaire,
Sint Eustatius en Saba worden voor deze verkiezing tezamen
beschouwd als een provincie.
2. De leden van de eilandsraden komen per openbaar lichaam
in vergadering bijeen tot het uitbrengen van hun stem.
3. De bij of krachtens deze wet gestelde bepalingen betreffende
de verkiezing van de leden van de Eerste Kamer zijn, voor zover
deze afdeling niet anders bepaalt, van overeenkomstige
toepassing op de verkiezing van deze leden door de leden van de
eilandsraden, met dien verstande dat telkens in die bepalingen
mede wordt gelezen in plaats van:
a. “de provincie”: de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius
en Saba tezamen;
b. “provinciale staten” en ”staten”: de eilandsraad;
c. ”de commissaris van de Koning”: de gezaghebber;
d. ”gedeputeerde staten”: het bestuurscollege;
e. ”de provinciale griffie”: het bestuurskantoor;
f. ”statenlid”: eilandsraadslid;
g. ”statenvergadering”: vergadering van de eilandsraad.
Artikel Ya 24
1. De gezaghebber beoordeelt van elke kandidatenlijst die bij
hem wordt ingeleverd en de op grond van de artikelen R 7 en R 8
bij de kandidatenlijsten overgelegde stukken, de originaliteit, en
legt zijn bevindingen vast in een begeleidingsverklaring. Bij
ministeriële regeling wordt voor de begeleidingsverklaring een
model vastgesteld.
2. De gezaghebber van elk openbaar lichaam draagt er zorg
voor dat de kandidatenlijsten langs elektronische weg uiterlijk op
de dag van de kandidaatstelling om achttien uur ter kennis worden
gebracht van de gezaghebbers van de andere openbare lichamen.
3. De gezaghebber doet de hem op grond van het vorige lid
toegezonden kandidatenlijsten tevens onverwijld voor een ieder ter
inzage leggen op het bestuurskantoor.
4. Elke gezaghebber draagt er zorg voor dat de bij hem
ingeleverde kandidatenlijsten, de bij de kandidatenlijsten
overgelegde stukken en de begeleidingsverklaringen langs
elektronische weg uiterlijk op de tweede dag na de
kandidaatstelling ter kennis worden gebracht van de voorzitter van
het centraal stembureau. De gezaghebber maakt van deze
stukken gewaarmerkte afschriften en bewaart deze totdat de
beslissing van het centraal stembureau, bedoeld in artikel S 2,
onherroepelijk is geworden.
5. Voorts draagt hij er zorg voor dat het verzegelde pak, na de
handelingen bedoeld in artikel R 11, tweede lid, onverwijld per post
naar de voorzitter van het centraal stembureau wordt
overgebracht.
Artikel Ya 25
1. Indien het centraal stembureau een of meer verzuimen als
bedoeld in artikel S 1 heeft geconstateerd ten aanzien van een lijst
die in een openbaar lichaam is ingeleverd, geeft het, in afwijking
van artikel S 1, derde lid, onverwijld langs elektronische weg
kennis hiervan aan de gezaghebber van dat openbaar lichaam.
2. De gezaghebber geeft van de verzuimen onverwijld bij
aangetekende brief of tegen gedagtekend ontvangstbewijs kennis
aan degene die de lijst heeft ingeleverd.
3. Onverminderd artikel S 1, vierde en vijfde lid, kan degene die
de lijst heeft ingeleverd uiterlijk op de derde dag na de zitting van
het centraal stembureau, het verzuim of de verzuimen, in de
kennisgeving aangeduid, herstellen op het bestuurskantoor van
negen tot zeventien uur.
4. De gezaghebber beoordeelt van de ter herstel van de
geconstateerde verzuimen ingeleverde stukken, de originaliteit en
legt zijn bevindingen vast in een begeleidingsverklaring. Bij
ministeriële regeling wordt voor de begeleidingsverklaring een
model vastgesteld.
5. De gezaghebber draagt er zorg voor dat de ter herstel van de
verzuimen ingeleverde stukken en de begeleidingsverklaring
terstond langs elektronische weg ter kennis van het centraal
stembureau worden gebracht. De gezaghebber maakt van deze
stukken gewaarmerkte afschriften en bewaart deze totdat de
beslissing van het centraal stembureau, bedoeld in artikel S 2,
onherroepelijk is geworden.
6. Voorts draagt hij er zorg voor dat de stukken in een pak
worden gedaan, dat wordt verzegeld. Het verzegelde pak wordt zo
spoedig mogelijk per post naar het centraal stembureau
overgebracht.
Artikel Ya 26
1. Op de dag van de kandidaatstelling kan tevens bij de
gezaghebber op het bestuurskantoor, van negen tot zeventien uur,
een gemeenschappelijke verklaring tot verbinding van
kandidatenlijsten tot een lijstencombinatie worden ingeleverd.
2. De gezaghebber beoordeelt de originaliteit van de
gemeenschappelijke verklaring en legt zijn bevindingen vast in een
begeleidingsverklaring. Bij ministeriële regeling wordt voor de
begeleidingsverklaring een model vastgesteld.
3. De gezaghebber draagt er zorg voor dat de
gemeenschappelijke verklaring en de begeleidingsverklaring langs
elektronische weg uiterlijk op de dag na de dag van de
kandidaatstelling om zeventien uur ter kennis worden gebracht van
het centraal stembureau. De gezaghebber maakt van deze
stukken gewaarmerkte afschriften en bewaart deze totdat de
beslissing van het centraal stembureau, bedoeld in artikel S 2,
onherroepelijk is geworden.
4. Voorts draagt hij er zorg voor dat de gemeenschappelijke
verklaring zo spoedig mogelijk per post naar het centraal
stembureau wordt overgebracht.
Artikel Ya 27
De stemming en de stemopneming vinden per eilandsraad
plaats.
Artikel Ya 28
Op het pak met ongeldig verklaarde stembiljetten en het pak
met geldige stembiljetten, bedoeld in artikel T 10, tweede en derde
lid, wordt de naam van het openbaar lichaam vermeld.
Artikel Ya 29
1. De voorzitter van het stembureau in een openbaar lichaam
draagt er zorg voor dat een afschrift van het proces-verbaal van de
stemming en van de stemopneming, als bedoeld in artikel T 11,
onverwijld na afloop van de stemming langs elektronische weg ter
kennis wordt gebracht van het centraal stembureau. De voorzitter
maakt van het proces-verbaal een gewaarmerkt afschrift en
bewaart deze totdat het centraal stembureau de uitslag van de
verkiezing heeft vastgesteld en over de toelating van de
gekozenen onherroepelijk is beslist.
2. Voorts draagt hij er zorg voor dat het proces-verbaal en de
verzegelde pakken zo spoedig mogelijk per post naar de voorzitter
van het centraal stembureau worden overgebracht.
Artikel Ya 30
1. In afwijking van artikel U 2, eerste lid, eerste volzin, geldt een
stem uitgebracht in de openbare lichamen voor een aantal
stemmen gelijk aan het getal dat wordt verkregen door het
inwonertal van de openbare lichamen tezamen te delen door het
honderdvoud van het aantal leden waaruit de eilandsraden van de
openbare lichamen tezamen bestaan.
2. Het Centraal Bureau voor de Statistiek maakt op dezelfde
wijze als bepaald in artikel U 2, derde en vierde lid, de
inwonertallen van de openbare lichamen bekend.
3. Het centraal stembureau maakt de stemwaarde die
overeenkomstig dit artikel in samenhang met artikel U 2 is
bepaald, gelijktijdig en op dezelfde wijze bekend als bepaald in
artikel U 2, vijfde lid.
Artikel Ya 31
Voor de toepassing van artikel U 17 wordt onder ‘provincies’
mede verstaan: openbare lichamen.
§ 5 De verkiezing van de leden van het Europees Parlement
Artikel Ya 32
1. Op de werkdag vóór de dag van de kandidaatstelling kunnen
tevens bij de gezaghebber op het bestuurskantoor, van negen tot
vijftien uur, kandidatenlijsten worden ingeleverd. In de in artikel H 1
bedoelde openbare kennisgeving wordt door de gezaghebber
tevens melding gemaakt van deze mogelijkheid
2. Voor de toepassing van artikel H 3, eerste en vierde lid, in
samenhang met artikel Y 9, tweede lid, treedt de gezaghebber in
de plaats van de voorzitter van het centraal stembureau.
3. In afwijking van artikel H 4, derde lid, ondertekent de kiezer,
die als zodanig is geregistreerd in een openbaar lichaam en die
een verklaring wenst af te leggen dat hij een kandidatenlijst
ondersteunt die wordt ingeleverd in één van de openbare
lichamen, deze verklaring binnen een termijn van zeven dagen
voorafgaand aan of op de dag van inlevering, bedoeld in het
eerste lid, eerste volzin.
4. De gezaghebber beoordeelt van elke kandidatenlijst en de op
grond van de artikelen H 3, H 4, H 9, H 12, Y 13 en Y 14 bij de
kandidatenlijsten overgelegde stukken, de originaliteit en legt zijn
bevindingen vast in een begeleidingsverklaring. Bij ministeriële
regeling wordt voor de begeleidingsverklaring een model
vastgesteld.
5. De gezaghebber draagt er zorg voor dat de kandidatenlijsten,
de bij de kandidatenlijsten overgelegde stukken en de
begeleidingsverklaringen langs elektronische weg uiterlijk op de
dag van de kandidaatstelling om vijftien uur ter kennis worden
gebracht van de voorzitter van het centraal stembureau. De
gezaghebber maakt van deze stukken gewaarmerkte afschriften
en bewaart deze totdat de beslissing van het centraal stembureau,
bedoeld in artikel I 4, onherroepelijk is geworden.
6. Voorts draagt hij er zorg voor dat de kandidatenlijsten met de
daarbij overgelegde stukken in een pak worden gedaan, dat wordt
verzegeld. Het verzegelde pak wordt zo spoedig mogelijk per post
naar het centraal stembureau overgebracht.
Artikel Ya 33
Verklaringen van ondersteuning van een lijst die wordt
ingeleverd in een openbaar lichaam, die worden afgelegd in het
Europese deel van Nederland, kunnen tevens door een persoon
die ingevolge artikel H 5 op de lijst is vermeld en die bevoegd is tot
het herstel van verzuimen, op de dag van de kandidaatstelling, van
negen tot vijftien uur, worden ingeleverd bij de voorzitter van het
centraal stembureau of bij het door deze aan te wijzen lid van dat
bureau.
Artikel Ya 34
1. Indien het centraal stembureau een of meer verzuimen als
bedoeld in artikel I 2, eerste lid, in samenhang met artikel Y 15,
eerste lid, heeft geconstateerd ten aanzien van een lijst die in een
openbaar lichaam is ingeleverd, geeft het, in afwijking van artikel I
2, eerste lid, onverwijld langs elektronische weg kennis hiervan
aan de gezaghebber van dat openbaar lichaam.
2. De gezaghebber geeft van de verzuimen onverwijld bij
aangetekende brief of tegen gedagtekend ontvangstbewijs kennis
aan degene die de lijst heeft ingeleverd.
3. Onverminderd artikel I 2, tweede, derde en vierde lid, in
samenhang met artikel Y 15, tweede en derde lid, kan degene die
de lijst heeft ingeleverd uiterlijk op de tweede dag na de dag van
de kandidaatstelling, het verzuim of de verzuimen, in de
kennisgeving aangeduid, herstellen op het bestuurskantoor, op de
dag van de kandidaatstelling van tien tot zeventien uur en op de
eerste en de tweede dag van negen tot zeventien uur.
4. De gezaghebber beoordeelt van de ter herstel van de
geconstateerde verzuimen ingeleverde stukken, de originaliteit en
legt zijn bevindingen vast in een begeleidingsverklaring. Bij
ministeriële regeling wordt voor de begeleidingsverklaring een
model vastgesteld.
5. De gezaghebber draagt er zorg voor dat de ter herstel van de
verzuimen ingeleverde stukken en de begeleidingsverklaring
terstond langs elektronische weg ter kennis van het centraal
stembureau worden gebracht. De gezaghebber maakt van deze
stukken gewaarmerkte afschriften en bewaart deze totdat de
beslissing van het centraal stembureau, bedoeld in artikel I 4,
onherroepelijk is geworden.
6. Voorts draagt hij er zorg voor dat de stukken in een pak
worden gedaan, dat wordt verzegeld. Het verzegelde pak wordt zo
spoedig mogelijk per post naar het centraal stembureau
overgebracht.
Artikel Ya 35
1.De voorzitter van het centraal stembureau draagt er zorg voor
dat de kandidatenlijsten en, indien vereist, verklaringen van
ondersteuning onmiddellijk na het onderzoek van de lijsten langs
elektronische weg worden verzonden aan de gezaghebber van elk
openbaar lichaam.
2. De gezaghebber legt de stukken, bedoeld in het eerste lid, op
het bestuurskantoor voor een ieder ter inzage, zodra deze zijn
ontvangen.
Artikel Ya 36
Artikel I 5, aanhef en onder a, is niet van toepassing indien een
lijst op de werkdag vóór de dag van de kandidaatstelling tussen
negen en vijftien uur bij de gezaghebber op het bestuurskantoor is
ingeleverd.
Artikel Ya 37
1. Op de werkdag vóór de dag van de kandidaatstelling kan
tevens bij de gezaghebber op het bestuurskantoor, van negen tot
zeventien uur, een gemeenschappelijke verklaring tot verbinding
van kandidatenlijsten tot een lijstencombinatie worden ingeleverd.
2. De gezaghebber beoordeelt de originaliteit van de
gemeenschappelijke verklaring en legt zijn bevindingen vast in een
begeleidingsverklaring. Bij ministeriële regeling wordt voor de
begeleidingsverklaring een model vastgesteld.
3. De gezaghebber draagt er zorg voor dat de
gemeenschappelijke verklaring en de begeleidingsverklaring langs
elektronische weg uiterlijk op de dag van de kandidaatstelling om
zeventien uur ter kennis worden gebracht van het centraal
stembureau. De gezaghebber maakt van deze stukken
gewaarmerkte afschriften en bewaart deze totdat de beslissing van
het centraal stembureau, bedoeld in artikel I 4, onherroepelijk is
geworden.
4. Voorts draagt hij er zorg voor dat de gemeenschappelijke
verklaring zo spoedig mogelijk per post naar het centraal
stembureau wordt overgebracht.
Artikel Ya 38
1. De artikelen Ya 10, Ya 11 en Ya 12 zijn van overeenkomstige
toepassing.
2. Voor de toepassing van artikel Ya 11 en Ya 12 is artikel Y 22
van overeenkomstige toepassing.
Artikel Ya 39
De artikelen Y 32, Y 33 en Y 33a zijn niet van toepassing.
§ 6 Beroepsbepalingen
Artikel Ya 40
1. Tegen een beschikking van het bestuurscollege als bedoeld
in artikel D 6, een beschikking van de gezaghebber of de door
hem daartoe aangewezen ambtenaar als bedoeld in de artikelen
K 8, eerste lid, L 11, eerste lid, en M 4, eerste lid, en tegen een
beschikking van de eilandsraad als bedoeld in de artikelen X 5,
derde lid, en X 8, vierde lid, kan uitsluitend beroep worden
ingesteld bij het Gemeenschappelijk Hof.
2. De Wet administratieve rechtspraak BES is voor zoveel nodig
van overeenkomstige toepassing, met uitzondering van de
artikelen 54 en 55 en § 1 en § 3 van hoofdstuk 6.
3. In afwijking van artikel 17, vijfde lid, van de Wet
administratieve rechtspraak BES bedraagt de termijn binnen welke
de bijschrijving of storting van het verschuldigde bedrag dient
plaats te vinden, twee weken. De president van het
Gemeenschappelijk Hof kan een kortere termijn stellen.
4. Het Gemeenschappelijk Hof behandelt de zaak met
overeenkomstige toepassing van § 2 van hoofdstuk 6 van de Wet
administratieve rechtspraak BES. Aan het bestuursorgaan wordt
terstond een afschrift van het beroepschrift toegezonden.
Artikel Ya 41
1. Tegen een beschikking als bedoeld in de artikelen G 3 en G
4, genomen door het centraal stembureau voor de verkiezing van
de leden van de eilandsraad, kan uitsluitend beroep worden
ingesteld bij het Gemeenschappelijk Hof.
2. Artikel G 5, tweede lid, aanhef en onderdeel b en c, en artikel
Ya 40, tweede tot en met vierde lid, zijn van overeenkomstige
toepassing.
Artikel Ya 42
1. Tegen een beschikking als bedoeld in artikel I 4, genomen
door het hoofdstembureau van kieskring 20 (Bonaire) voor de
verkiezing van de leden van de Tweede Kamer of genomen door
het hoofdstembureau voor de verkiezing van de leden van de
eilandsraad, kan uitsluitend beroep worden ingesteld bij het
Gemeenschappelijk Hof.
2. Artikel I 7, I 8 en Ya 40, tweede tot en met vierde lid, zijn van
overeenkomstige toepassing.
N
Artikel Z 5 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het eerste lid wordt na “Wetboek van Strafrecht”
ingevoegd: dan wel, indien de ontzetting wordt uitgesproken door
de strafrechter in Bonaire, Sint Eustatius of Saba, artikel PM van
het Wetboek van Strafrecht BES.
2. In het tweede lid wordt na “Wetboek van Strafrecht”
ingevoegd: dan wel, indien de ontzetting wordt uitgesproken door
de strafrechter in Bonaire, Sint Eustatius of Saba, artikel PM van
het Wetboek van Strafrecht BES.
O
Na artikel Z 11 wordt een nieuw artikel ingevoegd dat luidt als
volgt:
Artikel Z 12
Voor een misdrijf of een overtreding waarop in deze afdeling
een geldboete is gesteld waarvoor met toepassing van artikel 23
van het Wetboek van Strafrecht een boetecategorie is bepaald,
kan de rechter in de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en
Saba een geldboete opleggen tot ten hoogste het bedrag van deze
categorie.
ARTIKEL II
Voor zover de periode van vijf jaren, genoemd in artikel Ya 14,
onderdeel b, is gelegen vóór inwerkingtreding van deze wet, wordt
onder Nederland tevens verstaan de voormalige eilandgebieden
Bonaire, Sint Eustatius en Saba, met dien verstande dat in
bedoeld artikel voor “Wet toelating en uitzetting BES” wordt
gelezen: Landsverordening toelating en uitzetting.
ARTIKEL III
In het kader van de eerstvolgende verkiezing van de leden van
de eilandsraad na inwerkingtreding van deze wet, wordt onder de
laatstgehouden verkiezing van de leden van de eilandsraad voor
de toepassing van de artikelen H 4, achtste lid, H 14, tweede lid,
en I 14, eerste en tweede lid, eenmalig, verstaan de
laatstgehouden verkiezing van de leden van de eilandsraad van de
voormalige eilandgebieden Bonaire, Sint Eustatius of Saba.
ARTIKEL IV
Indien het wetsvoorstel tot wijziging van de Kieswet en enkele
andere wetten houdende enkele technische aanpassingen
(Kamerstukken II, 2006/07, 31 115) tot wet is verheven en in
werking treedt of is getreden op het tijdstip waarop deze wet in
werking treedt, wordt deze wet als volgt gewijzigd:
PM
ARTIKEL V
Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te
bepalen tijdstip.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst
en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie
zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen
houden.
Gegeven,
DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN
KONINKRIJKSRELATIES,
MEMORIE VAN TOELICHTING
I ALGEMEEN DEEL
1 Inleiding
In het kader van de nieuwe staatkundige verhoudingen binnen het Koninkrijk
hebben Bonaire, Sint Eustatius en Saba gekozen voor een positie binnen het
Nederlandse staatsbestel en zullen worden ingericht als openbaar lichaam. Op
basis van het in 2005 afgesloten Hoofdlijnenakkoord is een proces van
conferenties gestart om deze keuze nader in te vullen. In de Slotverklaring van
de Miniconferentie over de toekomstige staatkundige positie van Bonaire, Sint
Eustatius en Saba van oktober 2006 is expliciet afgesproken om het kiesrecht
van de inwoners van Bonaire, Sint-Eustatius en Saba te regelen voor de
verkiezingen van de leden van de Tweede Kamer en het Europees Parlement.
Voorts werd daarin vastgelegd dat een voorziening zal worden getroffen voor
deelname aan de verkiezing van de leden van de Eerste Kamer. De
onderhavige wetswijziging voorziet in wat in de Slotverklaring is
overeengekomen en regelt verder het actief en passief kiesrecht voor de leden
van de eilandsraden. Daarnaast bevat het wetsvoorstel enkele aanpassingen die
voortvloeien uit het feit dat Curaçao en Sint Maarten autonome landen binnen
het Koninkrijk worden en het land Nederlandse Antillen wordt opgeheven.
2 Achtergrond
Voor een uitgebreide toelichting op de ontwikkelingen die leidden tot de
staatkundige veranderingen binnen het Koninkrijk, wordt verwezen naar de
memorie van toelichting bij de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius
en Saba.
3 Aanleiding wijziging
Uitgangspunt bij de aanpassing is de integrale toepassing van de Kieswet op
Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Dit uitgangspunt volgt mede uit het rapport van
de Adviescommissie Inrichting verkiezingsproces die heeft aanbevolen dat in
heel Nederland op uniforme wijze gestemd wordt. Desondanks zijn een aantal
aanpassingen in de wetgeving nodig.
De Nederlandse Antillen en derhalve Bonaire, Sint Eustatius en Saba hebben
momenteel een eigen Kiesreglement voor de verkiezingen van de eilandsraden
en van de Nederlands-Antilliaanse Staten. Hoewel het kiesstelsel en de manier
waarop het verkiezingsproces geregeld is in het Nederlands-Antilliaans
Kiesreglement gelijkenis vertoond met de Nederlandse Kieswet zijn er een
aantal afwijkingen. Belangrijkste afwijking betreft het ontbreken van kiesrecht
voor niet-Nederlanders voor de verkiezing van de leden van de eilandsraden.
Daarnaast kent het Kiesreglement de formele kiesrechtuitsluiting van
gevangenen1. Verder ontbreken in het Kiesreglement onder meer regelingen
voor internationale waarnemers, het stemmen bij volmacht en de vervanging van
volksvertegenwoordigers bij ziekte of zwangerschapsverlof. Andere afwijkingen
betreffen de openingstijden van de stembureaus, de stembiljetten met foto’s en
kleuren, en de mogelijkheid bijvoorbeeld in het Papiamento of Engels
aanwijzingen te geven. Ook zijn er organisatorische verschillen met betrekking
tot de gang van zaken in het stemlokaal. Bij het van toepassing worden van de
in het onderhavige wetsvoorstel opgenomen regeling vervallen de bijzondere
Antilliaanse regelingen automatisch.
In deze toelichting wordt niet uitgebreid ingegaan op de verschillen tussen het
Kiesreglement en de Kieswet. In een aparte circulaire zal voor Bonaire, Sint
Eustatius en Saba op een rij worden gezet welke verschillen in de organisatie
van de verkiezingen en de regeling van het kiesrecht de onderhavige
wetswijziging voor hen met zich mee zal brengen.
4 Opbouw wetsvoorstel
Er is voor gekozen de regeling van het kiesrecht zoveel mogelijk onder te
brengen in een aparte afdeling van de Kieswet. Dit is conform het algemene
uitgangspunt voor de aanpassing van de Nederlandse wetgeving in verband met
de nieuwe staatkundige verhoudingen binnen het Koninkrijk. Voordeel hiervan is
dat de tekst van de Kieswet zoveel mogelijk intact blijft en de bepalingen die
betrekking hebben op de openbare lichamen zoveel mogelijk in één hoofdstuk
zijn samengebracht. De keuze de regeling voor de openbare lichamen in één
afdeling op te nemen heeft als consequentie dat de regeling ten aanzien van de
openbare lichamen niet altijd eenvoudig te lezen zal zijn wegens de vele
verwijzingen naar de relevante artikelen in andere delen van de Kieswet. Er zal
echter een circulaire komen voor de openbare lichamen waarbij het gehele
verkiezingsproces integraal zal worden beschreven en waarbij nader zal worden
ingegaan op de afwijkingen ten opzichte van de huidige regeling.
De vereisten voor het passieve kiesrecht, oftewel de vereisten voor het
lidmaatschap van de eilandsraad, worden geregeld in de Wet openbare
lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba.
Daarnaast is de keuze gemaakt de wijzigingen van de Kieswet te beperken tot
die wijzigingen die noodzakelijk zijn om het kiesrecht voor de inwoners van de
BES-eilanden te regelen. Er wordt dus geen gebruik gemaakt van deze
wetswijziging om andere zaken betreffende de uitoefening van het kiesrecht die
een ruimer bereik hebben tegelijkertijd te regelen (met uitzondering van het
bepaalde in artikel I, onder H).
1 In de praktijk wordt daar echter al geen uitvoering meer aan gegeven (na een arrest van het Europese
Hof voor de Rechten van de Mensen over een vergelijkbare regeling in het Verenigd Koninkrijk)
In dit wetsvoorstel wordt nog niet vooruitgelopen op de tegelijkertijd in
voorbereiding zijnde wetsvoorstel Wet inrichting verkiezingsproces. Deze wet zal
ook gaan gelden voor het verkiezingsproces in de openbare lichamen. Mede
afhankelijk van het behandelingstraject van beide wetsvoorstellen zullen te zijner
tijd voor zover noodzakelijk samenloopbepalingen worden opgesteld. Het
wetsvoorstel Wet inrichting verkiezingsproces heeft evenwel geen betrekking op
het passieve kiesrecht, noch op het kiesrecht voor de Eerste Kamer. Deze
onderwerpen blijven geregeld in de Kieswet. De benodigde
samenloopbepalingen zullen derhalve beperkt worden tot die onderdelen van
het verkiezingsproces die in het wetsvoorstel Wet inrichting verkiezingsproces
worden geregeld.
5 Taken en verantwoordelijkheden in het verkiezingsproces
In de Kieswet zijn allerlei taken en verantwoordelijkheden toegewezen aan de
burgemeester dan wel het college. Deze taken zullen in de openbare lichamen
vervuld worden door de gezaghebber respectievelijk het bestuurscollege van
Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Dat wordt in dit wetsvoorstel vastgelegd.
Daarnaast worden in dit wetsvoorstel aan de gezaghebbers een aantal extra
taken en bevoegdheden toegekend. Deze taken en bevoegdheden van de
gezaghebbers zien met name op de procedure van de kandidaatstelling en op
de doorzending van stukken zowel in die procedure als in de procedure die volgt
op de stemming. De reden voor het toekennen van deze extra taken en
bevoegdheden is gelegen in de afstand van de openbare lichamen tot
Nederland of van Sint Eustatius en Saba tot Bonaire.
6 Actief kiesrecht
6.1 Huidige situatie
De inwoners van Bonaire, Sint Eustatius en Saba hebben kiesrecht voor de
eilandsraden en de Antilliaanse Staten, de tegenhanger van de Tweede Kamer.
Het merendeel heeft op dit moment geen kiesrecht voor de Tweede
Kamerverkiezingen of de verkiezingen voor de Nederlandse leden van het
Europees Parlement. Alleen inwoners van de Nederlandse Antillen met de
Nederlandse nationaliteit die ten minste tien jaren ingezetenen zijn geweest van
Nederland, dan wel in Nederlandse openbare dienst werkzaam zijn (of
echtgenoten, partners, etc. van deze personen die met hen een
gemeenschappelijke huishouding voeren), hebben kiesrecht voor de verkiezing
van de leden van de Tweede Kamer en het Europees Parlement.
Nu Bonaire, Sint Eustatius en Saba onderdeel gaan uitmaken van het land
Nederland en dus niet langer kunnen stemmen voor de Staten, krijgen de
kiesgerechtigde ingezetenen aldaar het recht te stemmen voor de Tweede
Kamer. Voor de Nederlandse ingezetenen op Curaçao, Sint Maarten en Aruba
blijft de huidige regeling van kracht voor zover het de Tweede
Kamerverkiezingen betreft.
Voor wat betreft de verkiezing van de Nederlandse leden van het Europees
Parlement geldt dat indien het wetsvoorstel tot wijziging van de Kieswet in
verband met het verlenen van het kiesrecht voor de verkiezing van de leden van
het Europees Parlement aan alle Nederlanders die in de Nederlandse Antillen
en Aruba woonachtig zijn (Kamerstukken II, 2008/09, 31 392) tot wet wordt
verheven en in werking treedt, de inwoners van de Nederlandse Antillen en
Aruba voor de verkiezing van de leden van het Europees Parlement worden
gelijkgesteld met kiezers buiten Nederland. Zij kunnen vanaf dat moment net als
andere kiezers buiten Nederland aan de Europese verkiezingen deelnemen. Na
de transitie zullen de Nederlandse ingezetenen van Bonaire, Sint Eustatius en
Saba op dezelfde wijze aan de verkiezing van het Europees Parlement kunnen
deelnemen, als de Nederlandse ingezetenen van het Europese deel van
Nederland. Zie paragraaf 6.5.
6.2 Eilandsraadverkiezingen
Het wetsvoorstel verklaart de Kieswet ook van toepassing voor de
eilandsraadverkiezingen. De Kieswet kent geen eilandsraden. Het kiesrecht voor
de eilandsraden (wie is kiesgerechtigd, wanneer vinden verkiezingen plaats, hoe
vindt kandidaatstelling plaats etc.) moet dus worden geregeld. De vereisten voor
het lidmaatschap van de eilandsraden worden neergelegd in de Wet openbare
lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. De uitoefening van het passieve
kiesrecht voor de eilandsraden en de overige aspecten (actief kiesrecht, tijdstip
verkiezingen, etc.) zijn in het onderhavige voorstel geregeld.
De belangrijkste wijziging ten opzichte van de huidige regeling van het actieve
kiesrecht voor de eilandsraden betreft de toekenning van het actieve kiesrecht
voor de eilandsraad aan niet-Nederlanders die gedurende 5 jaar legaal op de
openbare lichamen (of elders in Nederland) hebben gewoond. Hierbij is
aansluiting gezocht bij de regeling die in de Kieswet geldt voor de verkiezingen
voor de leden van de gemeenteraad. Dit met een verschil: ook voor EUonderdanen
geldt het vereiste van 5 jaar legaal verblijf. Deze afwijking van
hetgeen inzake het kiesrecht voor burgers van de Unie bij
gemeenteraadsverkiezingen is vastgelegd in richtlijn 94/80/EG2, is mogelijk
omdat de openbare lichamen geen onderdeel worden van het territoir van de
Europese Unie maar, in elk geval vooralsnog, hun LGO-status behouden.
Unieburgers die ingezetene zijn van Bonaire, Sint Eustatius en Saba houden
dus voor de toepassing van het EU-recht geen verblijf in een lidstaat, maar in
een zogenaamd derde land. De toekenning van het actief kiesrecht aan niet-
Nederlanders vloeit voort uit het uitgangspunt dat bij introductie van nieuwe
Nederlandse regelgeving, deze regelgeving voor de openbare lichamen in
principe gelijkluidend zal zijn, tenzij er een dringende reden tot afwijking is. Voor
wat betreft de regeling van het actief kiesrecht van niet-Nederlanders voor het
bestuur op lokaal niveau is deze reden er niet.
2 Richtlijn 94/80/EG d.d. 19 december 1994 (PbEG L368/38)
6.3 Tweede Kamerverkiezingen
De Antilliaanse Staten bestaan momenteel uit 22 leden (Curaçao 14, Bonaire 3,
Sint Maarten 3 en Saba en Sint Eustatius elk 1). Dit zijn gereserveerde zetels
die wel enigszins zijn gebaseerd op de bevolkingsomvang maar waarbij elk van
de eilanden als aparte kieskring optreedt waarbinnen deze zetels worden
verdeeld. Dit systeem wijkt dus enigszins af van het stelsel van evenredige
vertegenwoordiging zoals dat bij de verkiezing van de leden van de Tweede
Kamer geldt. Het kabinet ziet echter geen aanleiding om voor de inwoners van
de openbare lichamen in de Tweede Kamer gereserveerde zetels aan te wijzen.
Door de geringe bevolkingsomvang van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
(Bonaire heeft ongeveer 10.000 inwoners, Sint Eustatius 2.300 en Saba 1.400),
zal in de praktijk de invloed van Bonaire, Sint Eustatius en Saba bij verkiezingen
gering zijn. Voor een Tweede Kamerzetel waren in 2006 circa 65.000 stemmen
nodig; voor een zetel in het Europees Parlement bedroeg de kiesdeler in 2004
circa 180.000 stemmen.
De drie openbare lichamen zullen voor de verkiezing van de leden van de
Tweede Kamer een eigen kieskring vormen. Het hoofdstembureau van deze
kieskring zal worden gevestigd op Bonaire. Er is overwogen de openbare
lichamen aan te sluiten bij een Nederlandse kieskring omdat het aantal kiezers
op de eilanden zodanig laag is dat in principe binnen deze kieskring geen zetel
kan worden verdeeld. Omdat het Nederlandse kiesstelsel zodanig is ingericht
dat de stemmen niet verloren gaan ook al is het niet mogelijk binnen de
kieskring een zetel te behalen, wordt dit bezwaar echter niet als onoverkomelijk
gezien. Een eigen kieskring benadrukt bovendien het aparte karakter van de
openbare lichamen binnen het Nederlandse staatsbestel. Zij hebben daarin
immers een fundamenteel andere positie dan de kiezers in het buitenland die op
grond van de Kieswet zijn ondergebracht bij kieskring 12 (’s-Gravenhage).
Deze keuze heeft wel als consequentie dat nieuwe politieke partijen en politieke
partijen die niet kiezen voor centrale kandidaatstelling verplicht zullen zijn om
ook in deze kieskring ter plekke een lijst in te leveren indien zij op het stembiljet
aldaar geplaatst willen worden. Deelname in alle kieskringen is voor nieuwe
partijen thans overigens eveneens een vereiste om in het kader van de
verkiezingen in aanmerking te kunnen komen voor de zendtijd voor politieke
partijen.
6.4 Eerste Kamerverkiezingen
De openbare lichamen behoren niet tot een Nederlandse provincie. De Raad
van State van het Koninkrijk heeft zich in zijn voorlichting uit 20063 op het
standpunt gesteld dat het wenselijk is dat de leden van de eilandsraden voor de
3 Voorlichting overeenkomstig artikel 18, tweede lid, van de Wet op de Raad van State inzake de
hervorming van de staatkundige verhoudingen van de Antilliaanse eilanden binnen het Koninkrijk. Bijlage
bij Kamerstukken II 2006/07, 30 800 IV, nr 3 (voorlichting) en Kamerstukken II 2006/07, 30 800 IV, nr. 4
(nader rapport)
verkiezing van de Eerste Kamer gelijk worden gesteld met de leden van
provinciale staten. Dit omdat provinciale bevoegdheden deels door de
eilandsraden worden uitgeoefend. De Raad van State van het Koninkrijk acht
het wel wenselijk op termijn de Grondwet aan te passen omdat artikel 55 van de
Grondwet immers stelt dat de leden van provinciale staten de Eerste Kamer
kiezen. Grondwetswijziging is echter niet mogelijk voor de eerstvolgende
verkiezing van de Eerste Kamer in 2011. Daarom wordt voorgesteld in de
Kieswet de leden van de eilandsraden voor de verkiezing van de Eerste Kamer
gelijk te stellen met de leden van provinciale staten. Uit dezelfde Grondwet,
artikel 4, en uit het EVRM en het BuPo vloeit immers voort dat de inwoners van
Bonaire, Sint Eustatius en Saba invloed dienen te hebben op de samenstelling
van hun wetgevende macht, en dus ook op de samenstelling van de Eerste
Kamer. In de Slotverklaring met Bonaire, Sint Eustatius en Saba is ook
afgesproken dat een voorziening zal worden getroffen voor deelname aan de
verkiezing van de Eerste Kamer.
Voorgesteld wordt Bonaire, Sint Eustatius en Saba voor de verkiezing van de
leden van de Eerste Kamer tezamen in één kieskring onder te brengen. Naast
het feit dat deze kieskring geen provincie is, levert deze indeling de bijzondere
omstandigheid op dat deze kieskring drie vertegenwoordigende lichamen (de
eilandsraden) omvat.
De leden van de eilandsraden hoeven zich voor de verkiezing van de Eerste
Kamer niet te verplaatsen naar een centraal punt. Zij stemmen ieder in een
eigen zitting en maken over de stemming ieder een procesverbaal op met de
resultaten van de stemming dat wordt doorgeven aan het centrale stembureau
(de Kiesraad). De stemwaarde van de leden van de eilandsraden wordt bepaald
door het inwonertal van de drie openbare lichamen tezamen te delen door het
honderdvoud van het aantal leden dat de drie eilandsraden tezamen tellen. De
stemwaarde van een eilandsraadslid zal circa 10 bedragen (ter vergelijking: de
stemwaarde van een lid van provinciale staten in Flevoland bedroeg in 2007 bij
de Eerste Kamerverkiezingen 96).
Het precieze tijdstip van de verkiezingen voor de Eerste Kamer is niet in de
Kieswet geregeld. Na een aantal incidenten rondom eerdere Eerste
Kamerverkiezingen is het momenteel zo dat de Eerste Kamerverkiezingen in alle
provincies op hetzelfde tijdstip plaatsvinden. De commissarissen der Koningin
maken daarover onderling afspraken. In de toekomst zullen zij daarbij dus ook
de gezaghebbers van Bonaire, Sint Eustatius en Saba moeten betrekken. Het is
mogelijk om de verkiezingen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba ’s ochtends
plaats te laten vinden en in de Nederlandse provincies in de loop van de middag.
6.5 Verkiezingen voor de Nederlandse leden van het Europees Parlement
De Nederlandse ingezetenen van Bonaire, Sint Eustatius en Saba zullen na
inwerkingtreding van dit wetsvoorstel hun kiesrecht voor het Europees
Parlement op dezelfde wijze uitoefenen als de Nederlanders in het Europese
deel van Nederland. Dat betekent dat zij in een stemlokaal in plaats van per brief
zullen stemmen. Er geldt echter wel een afwijking ten opzichte van de regeling in
Nederland en dat betreft de niet-Nederlandse ingezetenen van de openbare
lichamen die burger zijn van een van de lidstaten van de Europese Unie. Deze
groep krijgt niet het recht om deel te nemen aan de verkiezingen voor de
Nederlandse leden van het Europees Parlement. Zoals eerder vermeld, houden
de openbare lichamen vooralsnog hun LGO-status zodat de Europese Akte
betreffende de verkiezingen van de vertegenwoordigers in het Europees
Parlement en richtlijn 93/109/EG4 niet van toepassing zijn.
6.6 Organisatorische aspecten
In het onderhavige wetsvoorstel wordt het actieve kiesrecht voor de
Nederlandse inwoners van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op zelfde wijze
geregeld als voor andere Nederlandse kiezers die in Nederland woonachtig zijn.
Zij zullen dus in de toekomst voor de verkiezing van de leden van de Tweede
Kamer én het Europees Parlement in een stemlokaal hun stem uit kunnen
brengen. In 2009 zal men in Bonaire, Sint Eustatius en Saba bij de Europese
verkiezingen echter per brief kunnen stemmen. In dat jaar maken deze eilanden
immers nog geen deel uit van Nederland.
6.6.1 Openingstijden stemlokalen/stemmen willekeurig stemlokaal
Op Bonaire, Sint Eustatius en Saba wordt momenteel gestemd van 8.00 uur tot
19.00 uur. Het wetsvoorstel betekent een verruiming van de openingstijden (van
7.30 uur tot 21.00 uur). Hoewel betwijfeld kan worden of er behoefte is aan een
dergelijke uitbreiding meent de regering dat er geen reden is voor Bonaire, Sint-
Eustatius en Saba een afwijkende regeling te treffen. Dat geldt ook voor de
introductie van het stemmen in een willekeurig stemlokaal. Dit is overigens nog
niet in de Kieswet geregeld maar gebeurd momenteel in Nederland op basis van
de Experimentenwet Kiezen op Afstand en zal pas een definitieve wettelijke
regeling krijgen in het wetsvoorstel Wet inrichting verkiezingsproces. De
Experimentenwet Kiezen op afstand zal niet van toepassing worden verklaard
op Bonaire, Sint Eustatius en Saba, zodat het stemmen in een willekeurig
stemlokaal daar pas met de inwerkingtreding van de Wet inrichting
verkiezingsproces zijn intrede zal doen.
6.6.2 Stembiljetten
In Nederland wordt de komende jaren gestemd met papieren stembiljetten en
potlood.5 Op dit punt verandert er niets voor de inwoners van Bonaire, Sint
Eustatius en Saba. Op de huidige stembiljetten in de Nederlandse Antillen staan
echter foto’s van de lijsttrekkers en worden de partijen met een kleur
aangegeven. Ook is van Bonaire bekend dat op het stembiljet zowel in het
Nederlands als in het Papiamento instructies kunnen worden aangegeven. De
Nederlandse Kieswet kent deze mogelijkheden niet. In Nederland zijn er echter
ook gemeenten die op de kandidatenlijsten die huis aan huis verspreid worden
4 Richtlijn nr. 93/109/EG d.d. 6 december 1993 (PbEG L 327)
5 Kamerstukken 2008-2009, 32100 VII, nr. 64
foto’s van kandidaten afdrukken. Dit is dus ook op Bonaire, Sint Eustatius en
Saba mogelijk. Een dergelijke kandidatenlijst kan ook in het stemlokaal worden
opgehangen. Daarnaast kunnen in het stemlokaal schriftelijke instructies voor
het stemmen worden verspreid die ook in het Papiamento en Engels gesteld
kunnen zijn. Daarnaast is overwogen om het mogelijk te maken op het stembiljet
het logo van politieke partijen te tonen. Een separate regeling op dit punt alleen
voor de openbare lichamen wijst het kabinet echter af. Wel is het kabinet bereid
te onderzoeken in hoeverre er draagvlak bestaat voor het introduceren van een
dergelijke mogelijkheid in de Kieswet en wat de uitvoeringstechnische
consequenties zijn van een dergelijk systeem. Een dergelijk systeem waarbij het
logo op het stembiljet wordt getoond, zal in elk geval gepaard moeten gaan met
het introduceren van een registratiesysteem analoog aan het registratiesysteem
voor de namen van politieke partijen.
6.5.3 Volmachten
Het Kiesreglement van de Nederlandse Antillen kent geen volmachtregeling. Die
is afgeschaft na een aantal fraudegevallen. De Adviescommissie inrichting
verkiezingsproces en de Kiesraad hebben onlangs geadviseerd de huidige
Nederlandse volmachtpraktijk aan te scherpen (door het invoeren van een
identificatieplicht) maar niet fundamenteel ter discussie te stellen. In het
bestuurlijk overleg met de vertegenwoordigers van de eilanden is desalniettemin
overeengekomen op de eilanden in de toekomst alleen schriftelijke
volmachtverlening mogelijk te maken. Deze wijze van volmachtstemmen kent –
ten opzichte van de onderhandse volmachtverlening – een extra
controlemoment dat bij de gezaghebber ligt. Alhoewel met het uitsluiten van de
mogelijkheid van onderhandse volmachtverlening afbreuk wordt gedaan aan het
uitgangspunt van uniformiteit, wordt met de voorgestelde regeling de
toegankelijkheid van het verkiezingsproces voor de kiezers in de openbare
lichamen gewaarborgd.
7 Passief kiesrecht
7.1 Algemeen
Het is niet noodzakelijk aparte regelingen te treffen voor het passieve kiesrecht
voor de inwoners van de openbare lichamen omdat zij reeds voldoen aan de
vereisten voor het passieve kiesrecht voor de Tweede en Eerste Kamer zoals
neergelegd in artikel 56 Grondwet en de verkiezing van de Nederlandse leden
van het Europees Parlement zoals neergelegd in artikel Y4 Kieswet. Voor de
vereisten voor het lidmaatschap voor de eilandsraden wordt een regeling
getroffen in de Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. De
uitoefening van het passieve kiesrecht voor de eilandsraden wordt geregeld in
de Kieswet. De aanpassingen voor wat betreft het passieve kiesrecht zijn vooral
procedureel van aard.
7.2 Privileges
De privileges die de Kieswet toekent aan zittende partijen in de gemeenteraad
worden met dit wetsvoorstel eenmalig ook toegekend aan zittende partijen in de
eilandsraden van Bonaire, Sint Eustatius en Saba voor de eerstvolgende
verkiezing van de eilandsraden. Een dergelijke toekenning van privileges zal
echter niet plaatsvinden voor deelname aan de Tweede Kamerverkiezingen voor
de partijen van Bonaire, Sint Eustatius en Saba die zitting hebben in de huidige
Staten van de Nederlandse Antillen. Er zijn immers veel minder stemmen nodig
voor het behalen van een zetel in de Staten dan voor het behalen van een zetel
in de Tweede Kamer waardoor er ongelijke behandeling zou ontstaan ten
opzichte van Nederlandse politieke partijen die ondanks het feit dat zij veel meer
stemmen hebben behaald bij de laatste verkiezingen (maar geen zetel) niet van
dergelijke privileges gebruik mogen maken. Daarnaast verschilt ook het
kiesstelsel voor de Antilliaanse Staten van dat voor de Tweede Kamer omdat
wordt gewerkt met een systeem van gereserveerde zetels. De privileges waar
het hier om gaat betreffen het niet hoeven inleveren van
ondersteuningsverklaringen, het niet hoeven betalen van een waarborgsom en
een hogere positie in de nummering van de kandidatenlijsten.
7.3 Registratie politieke partijen en kandidaatstelling
Omdat het verzoek van een politieke groepering om registratie van de
aanduiding waarmee zij voor de betreffende verkiezing wil deelnemen,
schriftelijk kan worden gericht aan het centraal stembureau voor die verkiezing,
wordt geen aanleiding gezien om voor partijen op Bonaire, Sint Eustatius en
Saba een aparte voorziening te treffen op dit punt.
Voor de kandidaatstelling is dit anders. De indiening van kandidatenlijsten en het
herstel van verzuimen aan ingeleverde lijsten, geschiedt volgens de huidige
regeling in persoon bij het hoofdstembureau van de kieskring (in het kader van
de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer) dan wel bij het centraal
stembureau (bij de verkiezing van het Europees Parlement). Daarom wordt
voorgesteld dat inwoners van Sint Eustatius en Saba zich niet naar het
hoofdstembureau op Bonaire hoeven te verplaatsen maar bij de respectievelijke
gezaghebbers een kandidatenlijst voor de Tweede Kamerverkiezingen kunnen
inleveren en dat voor de verkiezingen van de leden van het Europees Parlement
kandidatenlijsten eveneens in alle openbare lichamen kunnen worden ingeleverd
bij de gezaghebber. De inhoudelijke vereisten voor het indienen van
kandidatenlijsten (zoals voldoende ondersteuningsverkl