Bijstandnorm sociale basis van rechtstaat



De term ‘bijstandnorm’ is volkomen onjuist. Hij is gebaseerd op het begrip ‘bij-stand’ (= inkomen zonder werken), een zeer ongezonde basis voor een samenleving. Maar die ongezonde basis heeft Nederland zichzelf al gegeven en zal Nederland zelf moeten rechtzetten. Feit is dat de term ‘bijstandnorm’ in het Nederlands taalgebruik de betekenis heeft gekregen van ‘minimum-levensstandaard’. Wij zullen het in die betekenis gebruiken.

Minimum-levensstandaard

Elke rechtstaat stelt een minimum-levens-standaard vast voor de burger en doet alles wat in zijn vermogen ligt om alle burgers dat minimum te garanderen. In Nederland vormt de ‘bijstandnorm’ de bodem van die minimum-standaard.

Over de wijze waarop die minimum-standaard het best kan worden verwezenlijkt zijn de meningen nog altijd verdeeld in twee kampen, t.w. het socialistische en kapitalistische.

Cuba bewijst dat het ook socialistisch kan, maar bewijst tevens dat een markt-economie beter werkt, d.w.z. meer producten en diensten produceert. Mits die producten en diensten dan op enigszins sociale wijze worden verdeeld, zijn mensen in kapitalistische landen economisch beter af dan in socialistische. Hierover bestaat in Nederland niet veel verschil van mening meer.

Sociaal minimum

Er is ook weinig verschil van mening in Nederland dat een sociaal minimum noodzaak is voor de handhaving van een rechtstaat. Al was het alleen maar om aan criminaliteit en sociale rebellie rechtvaardiging te ontnemen.

Maar ook positief is men in Nederland het erover eens dat solidariteit of christelijke c.q. humanistische ethiek vereist dat de samenleving een sociaal minimum moet garanderen aan alle burgers. Het is dus geenszins vreemd of onterecht dat BES zich hierbij aansluit. Als toekomstig deel van Nederland, met stemrecht in Eerste en Tweede Kamerverkiezingen en met open interne grenzen tussen Nederland en BES, is het niet meer dan billijk dat de BES verlangen in beginsel het Nederlands sociale minimum deelachtig te worden.

Alle EU-landen willen er beter op worden

BES krijgen soms als verwijt naar het hoofd geslingerd dat ze er alleen maar ‘beter op willen worden’. Dit verwijt is correct. Alle Europese landen, zowel de oorspronkelijke 6, als de latere aansluiters zijn gaan samenwerken en integreren, omdat ze er beter op wilden worden.

Dit ‘er beter op worden’ is hoofdzakelijk materieel en nauwelijks spiritueel, maar dat ziet Nederland zelf ook nog niet in. Hopelijk komt dat spoedig en wie weet of BES daar nog aan kan bijdragen. Maar op dit moment overheerst het materiële aspect het Nederlandse en Europese debat. Men kan het BES dus nauwelijks kwalijk nemen er ook ‘beter op te willen worden’. zeker gezien het aanzienlijke welstandsverschil tussen Nederland en BES.

Cuba of Venezuela

BES zouden ook aansluiting kunnen zoe-ken bij Cuba, maar dat doen ze niet omdat ze er dan juist niet beter op zullen worden, ook al moet toegegeven worden dat Cuba de begrippen ‘gelijkheid’ en ‘solidariteit’ beter begrijpt dan Nederland. In Cuba zou de discussie die BES hierover nu moeten aanzwengelen absoluut niet nodig zijn. Daar zijn dat axioma’s. Er zijn zeker dingen die we van Cuba kunnen leren!

Maar daar gaat het nu niet om. Ook Venezuela zou de BES-eilanden wel willen overnemen, in ieder geval Bonaire, Curaçao en Aruba. Hugo Chavez heeft al eens zoiets gebromd. Maar, nee. BES zoeken integratie in Nederland ‘om er beter van te worden’. Natuurlijk. De bedoeling is niet om er slechter van te worden!

Er is meer

Maar bij de beslissing om integratie in Nederland na te streven komt meer kijken dan alleen maar ‘er beter van worden’. Het is een ontegenzeggelijk feit dat de historische banden met Nederland de Antilliaanse bevolking een Nederlandse inslag heeft gegeven.

Het mag nooit vergeten worden dat Antillianen tijdens de Tweede Wereldoorlog vrijwillig de zijde van Nederland kozen en zelfs hebben gevochten tegen de Duitsers. George Maduro als reserve-officier wist de Duitsers enige tijd tegen te houden in Rijswijk. Hij stierf later in Dachau. Maar hij was niet de enige.

Nu kan men wel neerbuigend opmerken: ‘Hoor, ze spelen de George Maduro troef weer uit’. Probleem is, die ‘troefkaart’ is een historisch feit. Later in 1953 zamelden de Antillen geld in om de Zeeuwse watersnoodslachtoffers te steunen. Ook dit is een historisch feit. Over dit onderwerp zou nog veel meer te zeggen zijn, maar het gaat om de essentie en wel dit: ‘Er zijn historische, culturele, familiaire en emotionele banden tussen de Antillen en Nederland’. Haat/liefde is ook een emotionele band!

Een nieuwe insteek

De integratie-poging van BES is nieuw en uniek. Het heeft de potentie om het huidige ‘veroordeeld zijn tot elkaar’ om te zetten in ‘samenwerken met elkaar’. Het is een nieuwe insteek in de eeuwen-oude haat/liefde-relatie tussen Nederland en de Antillen. Het kan echter alleen maar slagen als de sociale basis van de Nederlandse rechtstaat wordt uitgebreid tot de BES-eilanden. Die sociale basis is in Nederland opgebouwd rond de bijstandnorm. Die moet dus in beginsel (met afwij-
kingen) ook in BES van kracht worden.

Precies dezelfde norm?

Neen. We zagen reeds dat afwijking van art. 1 Grondwet mogelijk is, indien de gevallen verschillend zijn. Nederland en BES zijn verchillend. Er dient dus op basis van een vergelijkend koopkracht-onderzoek tussen BES en Nederland vastgesteld te worden wat de minimum-levensstandaard is voor BES (vermoedelijk zal dit per eiland verschillen). Dit onderzoek zal gebaseerd moeten zijn op een vergelijkbaar pakket van goederen en diensten als in Nederland worden geacht noodzakelijk te zijn om een menswaardig bestaan te kunnen leiden. Irrelevante elementen (zoals ‘stookkosten’) worden uiteraard niet meegenomen. Rondom deze minimum-levenstandaard kan dan een sociaal stelsel voor BES worden opgebouwd dat de toets aan art. 1 Grondwet kan doorstaan. Anything less would be uncivilized.

Wij hopen dat het niet nodig zal zijn uit te leggen waarom de minimum-levensstandaard in BES uiteindelijk niet indexmatig lager mag zijn dan in Nederland, zodra BES en Nederland één land zijn. Het zou neerkomen op een uitleg ver gelijkbaar aan waarom BES-burgers ook niet een beetje gemarteld mogen worden.

Geleidelijkheid

Het spreekt voor zich dat de introductie van een sociaal stelsel opgebouwd rond de voor BES vastgestelde ‘minimum-levensstandaard’ niet ‘in één klap’ kan worden gerealiseerd. Dit zal geleidelijk aan gedurende een periode van overgang moeten worden geïntroduceerd. Vijf jaar zou mogelijk moeten zijn, maar dit kan in goed overleg nader worden bepaald.

In een ander artikel (zie blz. 7) is reeds uitgebreid aan de orde gekomen dat het verstandig zou zijn het Nederlandse bijstand-systeem in BES niet in te voeren. Werkelozen die na een korte WW (als volksverzekering) nog geen werk hebben kunnen vinden, zouden dan in BES in aanmerking kunnen komen voor werk-
bijstand. Zij ontvangen dan de helft van de vast te stellen minimum-levensstandaard, maar moeten daar halftijdarbeid voor verrichten (m.u.v. arbeidsongeschikten) in een systeem van ‘3 weken op, 3 weken af’.
Andere sociale basisrechten

De andere sociale basisrechten zijn het minimumloon, de AOW (in Antillen ‘AOV’), WW, WAO, huursubsidie en bij-zondere hulp aan gehandicapten. Over hulp aan gehandicapten is een apart artikel in deze editie opgenomen. Wij leggen hier niet uit waarom hen ‘gelijk recht op zorg’ toekomt als in Nederland.

Minimumloon

Het minimumloon is een vraagstuk apart. Het moet door het bedrijfsleven worden opgebracht, dat daartoe in staat moet zijn. Het is niet dienstig het op een niveau vast te stellen dat door werkgevers niet opgebracht kan worden. Dat zou alleen maar leiden tot werkeloosheid en ‘subsistence living’ in de werkbijstand.

Aan de andere kant zou het ook absurd zijn om het minimumloon vast te stellen op een bedrag lager dan de minimumlevensstandaard, zoals thans het geval is in de Antillen. Een gezin met 2 kinderen kan godsonmogelijk rondkomen van een inkomen van +/- Euro 500,- (het huidige minimumloon in Bonaire). Er is geen minimum-levenstandaard (of ‘bijstandnorm’)voor Bonaire vastgesteld, maar wij schatten dat dit zou uitkomen op ongeveer het dubbele (Naf. 2.000,- of Euro 1.000,-).

Om dit op te kunnen brengen zal de BES-economie flink moeten worden aange-zwengeld. Hierbij verwacht BES intensieve hulp, investeringen en inbreng
van Nederland, op een wijze als ook gedaan is voor ‘achtergebleven regio’s’
als Groningen en Zuid-Limburg.

Onmogelijk?

Het is mogelijk, als de noodzaak en billijkheid wordt ingezien. Het is voor Nederland een koud kunstje om in samenwer-king met BES de eilanden economisch te laten floreren. Gegeven kennis en kapitaal zijn er kansen in de Cariben. Nederland is voor BES de portaal naar Europa, maar BES zijn voor Nederland ook de portaal naar de Cariben en Noord/Zuid-Amerika.

Gedurende de periode van vooral veel autonomie in de Antillen en weinig samenwerking met Nederland is dit laatste nooit van de grond gekomen, maar na realisatie van de op handen zijnde ‘major paradigm shift’ in de relatie met BES/Nederland, moet dit mogelijk zijn.

Ouden van dagen en AOW

Hoe kan men ouderen die niet meer kunnen werken afschepen met een pensioen van minder dan de minimum-levensstandaard? Nu ja, alles kan. Meteen onder de grond kan ook. Maar mag een land waar zo’n situatie heerst zich nog ‘be-schaafd’ noemen?

Wellicht ergeren sommigen in Nederland zich aan dit betoog, omdat de BES-ouderen niet voor een hogere AOW hebben betaald. Dit is zo. Maar wanneer men alles op een rijtje zet, is er toch geen ontkomen aan: Ouderen in Nederland kan een leefbaar pensioen niet onthouden worden. Als dit niet kan worden bekostigd uit het AOW-fonds, dan zal uit algemene middelen de AOV bij wijze van bijstand moeten worden aangevuld om dat handjevol BES-oudjes niet af te schepen met Euro 300,- p.m. Of men moet het hele sociale systeem in Nederland willen omverwerpen!